De overeenkomsten zijn dat bij alle soorten de binnenkant wat van een HR-ketel wegheeft, en dat er een koudemiddel nodig is om de warmte aan een bron te onttrekken en in de woning af te geven. Verder zijn er vooral verschillen, zowel in het functioneren als bij de installatie. De locatie en de omstandigheden bepalen welk soort in welke situatie de voorkeur heeft.
Bodem-water warmtepomp
Van alle soorten warmtepompen scoort de bodem-water warmtepomp het beste op prestatie. Maar het systeem is ingewikkeld en prijzig om aan te leggen. Als warmtebron fungeert een lus-vormig buizensysteem in de bodem waar een vloeistof doorheen wordt gepompt. Die vloeistof – mix met glycol, of gedemineraliseerd kraanwater – onttrekt warmte aan de bodem. In nieuwbouwprojecten wordt dit type warmtepomp vaak direct voorzien. Bij bestaande bouw is het alleen te realiseren als er een tuin is. Is het systeem eenmaal aangelegd, dan koelt het een woning of gebouw zo goed als voor niets.
Lucht-water warmtepomp
De lucht-water warmtepomp haalt energie uit de lucht. Dat kan omgevingslucht, buitenlucht of ventilatielucht zijn, de warmte wordt eraan onttrokken en gaat over in een koudemiddel. Binnenin de installatie wordt de warmte van het koudemiddel afgegeven aan het water van een cv-installatie, en zorgt deels via radiatoren of vloerverwarming in de woning voor warmte, en deels voor warm tapwater.
Als buitenlucht de warmtebron is, dan is er een apart buitendeel nodig om lucht aan te zuigen. Dat deel is te vergelijken met de externe installatie van een airco.
Lucht-lucht warmtepomp
Bij de lucht-lucht warmtepomp onttrekt een buitenunit warmte aan de buitenlucht en brengt dat over op een koudemiddel. Het binnendeel brengt de warmte uit het koudemiddel over op de binnenlucht in plafond- en wandunits en verwarmt zo de ruimte. Meestal kan een lucht-lucht warmtepomp ook als airco gebruikt worden. Een lucht-lucht warmtepomp haalt haar energie altijd uit de buitenlucht, al is het hartje winter. Ook als het vriest is er namelijk nog genoeg energie in de omgeving. Een temperatuur van 0°C staat gelijk aan 273 Kelvin, en dat is voldoende om mee te kunnen verwarmen. Dit type warmtepomp is gemakkelijk te installeren, maar heeft als nadeel dat er altijd lucht door de ruimtes stroomt die tocht veroorzaakt. En als het echt heel koud wordt buiten, dan is er soms bijverwarming nodig.
Water-water warmtepomp
Een water-water warmtepomp onttrekt warmte uit het grondwater. De temperatuur van het grondwater is behoorlijk constant en is zelfs midden in de winter nog zo’n 7 tot 12°C. Voor een water-water warmtepompsysteem moeten er twee diepe putten geboord worden, eentje om warmte uit te winnen en eentje om het afgekoelde grondwater weer in terug te pompen. De installatie is dus voornamelijk een ondergronds gebeuren. Een water-water warmtepomp heeft een heel hoog rendement maar is duur in aanleg. Het is vooral een optie als er meerdere woningen of een utiliteitsgebouw verwarmd moeten worden.
Hybride warmtepomp
De combinatie van een (lucht)warmtepomp met een bestaande gasketel staat bekend als hybride warmtepomp. Dit systeem is heel geschikt in de bestaande bouw, want de al aanwezige cv-ketel blijft dienst doen voor het maken van tapwater en het verwarmen van het huis tijdens extreem koude dagen wordt. Vloerverwarming of lage temperatuurradiatoren zijn niet nodig. Omdat het gedurende het jaar relatief lang warm is, hebben traditionele radiatoren bij een relatief lage watertemperatuur genoeg capaciteit om een woning te verwarmen. De luchtwarmtepomp zorgt dus bijna het hele jaar voor de verwarming, maar als de buitentemperatuur onder de -5 graden komt, zorgt een controller ervoor dat de gasketel ingeschakeld wordt.