Pernis Restwarmte Initiatief is de naam van het initiatief waarmee Shell, Havenbedrijf Rotterdam en Warmtebedrijf Rotterdam 16.000 Rotterdamse huishoudens restwarmte gaan leveren afkomstig van de raffinaderij in Pernis. Het initiatief is eerder deze maand officieel van start gegaan. De restwarmte wordt getransporteerd over een pijpleiding die is aangesloten op het warmtenet van Warmtebedrijf Rotterdam. De overgang van aardgas naar restwarmte levert jaarlijks een CO2-reductie op van 35.000 ton.
Shell Pernis is de eerste raffinaderij in de Rotterdamse haven die restwarmte gaat leveren. Shell heeft de installaties gebouwd die het mogelijk maken om de restwarmte uit de raffinaderij af te voeren. Havenbedrijf Rotterdam draagt zorg voor het transport via de warmteleiding van Shell Pernis naar het bestaande warmtenet. Warmtebedrijf Rotterdam verzorgt de aansluiting op het bestaande warmtenet, het beheer, operatie en onderhoud ervan en verzorgt de levering aan de lokale warmtedistributeurs.
Shell profiteert ook
Het nuttig gebruiken van de restwarmte biedt raffinaderijen de mogelijkheid om efficiënter met hun energieverbruik om te gaan, aangezien het afgekoelde water in een warmtetransportnet in een gesloten systeem ook weer retour komt en dan voor koeling kan worden aangewend. Shell Pernis levert nu warmte voor 16.000 huishoudens. Maar volgens Allard Castelein, president-directeur van Havenbedrijf Rotterdam, beschikt de Rotterdamse haven over genoeg restwarmte voor 500.000 huishoudens en een deel van het kassengebied. Uit een studie van de Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie (VNPI) blijkt dat raffinaderijen in Nederland tussen de 8,5 en 17,5 petajoule per jaar aan warmte kunnen leveren. Als deze restwarmte wordt benut bespaart dat de inzet van aardgas voor zo’n 230.000 tot op termijn 450.000 huishoudens.
Ook Rotterdamse warmte naar Leiden
In dezelfde week dat het Pernis Restwarmte Initiatief officieel van start ging, maakte Nuon bekend dat ook ruim 900 flatwoningen in Leiden vanuit de Rotterdamse haven van warmte worden voorzien. Het grootste deel van de warmte dat aan de twaalf flats wordt geleverd, is nu nog afkomstig van een energiecentrale van E.on aan de Langegracht in Leiden. Deze warmtelevering wordt eind volgend jaar beëindigd, als de verouderde centrale sluit. Maar Nuon, die het warmtenet beheert, blijft daarna wel warmte leveren. Daarvoor wordt een koppelleiding aangelegd tussen een afvalverbrandingsinstallatie in de Rotterdamse haven en de Leidse binnenstad. De Rotterdamse warmte die wordt aangevoerd door een nieuwe pijpleiding, komt vooral van afvalverbranding. Ongeveer de helft van het afval is groen en dus zal de warmte ook deels groen zijn. Van Rotterdam naar Leiden is er een warmteverlies van maximaal tien procent. Omdat de warmte op hoge temperatuur – rond de 100 °C – uit Rotterdam vertrekt, zal deze in Leiden nog voldoende op temperatuur zijn.