Hans Breed is het grotendeels eens met de anonieme briefschrijver. Hij heeft een vraag over HR-ketels met een aluminium ketelblok. Het continu laag stoken met dit type ketel zou kunnen leiden tot vervuiling van de warmtewisselaar, zo heeft hij gehoord. Heeft u hier ervaring mee? Laat uw reactie dan achter onderaan dit artikel.
Volgens Willem Dekker en Helmuth Tjemmes is enkel het waterzijdig inregelen van de cv-installatie niet toereikend om een optimaal rendement te behalen. In de meeste gevallen is het volgens hen ook noodzakelijk om kleine radiatoren te vervangen door exemplaren met een hogere capaciteit.
Dick Kroon heeft zo zijn twijfels over de (in het eerste artikel) vermelde voordruk van het expansievat. Bij een te lage voordruk in een vat dat onder in de installatie wordt gemonteerd, wordt volgens hem de inwendige balg te ver uitgerekt, waardoor de levensduur bekort wordt. “Daarnaast zal het werkzame volume van het expansievat aanzienlijk kleiner worden, waardoor deze te klein kan zijn. Dit resulteert in enorme piekdrukken bij hoge watertemperaturen met lekkage als mogelijk gevolg”, aldus de heer Kroon.
Ikzelf begrijp de mitsen en maren van cv-installateurs heel goed. Het waterzijdig inregelen van een HR-installatie kost meer tijd, én die moet betaald worden. Dat kost de consument dus in eerste instantie meer geld. Het lijkt me ook lastig om consumenten ervan te overtuigen dat het raadzaam is om een aantal nieuwe radiatoren aan te schaffen.
Aan de andere kant: ik wist van niets toen ik een HR-ketel liet plaatsen. Van waterzijdig inregelen had ik nog nooit gehoord. Daarover heeft de installateur mij niets verteld. Ik dacht met mijn HR-ketel zonder meer een optimaal rendement te behalen. Veel consumenten denken dat nu nog steeds, behalve degenen die de Consumentengids van november 2014 hebben gelezen. Daarin wordt aangeraden de installateur nadrukkelijk te vragen naar het inregelen van de cv-installatie, om zo al snel 100 euro per jaar te besparen. Als ik dat destijds had geweten, had ik daar beslist wel enkele uren extra arbeidsloon voor over gehad.
En misschien was het in mijn huis ook wel verstandig geweest om bepaalde radiatoren te vervangen. Ook voor advies op dat vlak had ik zeker open gestaan, want mijn radiatoren zijn al 45 jaar oud en er zijn tegenwoordig veel fraaiere – en energiezuinigere – uitvoeringen verkrijgbaar.
Nu ik beter geïnformeerd ben, voel ik me toch een beetje bekocht. Ik zie dit als een gemiste kans voor beide partijen. De installateur had meer kunnen verdienen door extra werkuren en extra verkoop, en ik had door de jarenlange besparing per saldo ‘gratis’ een aantal nieuwe radiatoren in huis kunnen hebben.
Tekst: Nina van Ooyen Beesems