Katrien Prins van HIER opgewekt is erg enthousiast over de groei: “Wij zijn heel erg blij met deze cijfers. De lokale duurzame energiebeweging wordt ieder jaar groter en professioneler. Omdat het geld voor een groot deel in de lokale gemeenschap blijft, zien we ook het draagvlak voor zon en wind toenemen.”
Meer dan de helft van de coöperaties is actief met productie van zonne- en windenergie. Daarnaast houden coöperaties zich bezig met wederverkoop van energie (65 procent), energiebesparing (70 procent) en collectieve inkoop van zonnepalen (30 procent).
In 2016 zijn er 67 nieuwe collectieve zonprojecten gerealiseerd. Daarmee is het totale coöperatieve zonvermogen meer dan verdriedubbeld naar ruim 23 megawatt. Twee derde van de toename van het vermogen is afkomstig van drie grote nieuwe zonneparken op Ameland, in Breda en Garyp.
Coöperatief windvermogen
Het coöperatieve windvermogen is gestegen van 81,5 MW in 2015 naar 115,2 MW in 2016. De groei is grotendeels veroorzaakt door het windpark Battenoert, windpark Nijmegen-Betuwe en windpark Hellegatsplein. Er zit de komende twee jaar nog zo’n 87 MW aan windprojecten in de pijplijn. Veel coöperaties zwengelen lokaal de discussie aan over windenergie. Het coöperatieve model vindt weerklank bij hun gemeenten. Als windturbines op eigen grondgebied draaien, dan met lokaal profijt.
Veel gemeenten in Nederland hebben zeer ambitieuze doelen, zoals ‘CO2-vrij’ in 2030, maar geen uitgewerkte strategie om dat vervolgens te bereiken. De oprichting van energiecorporaties gericht op duurzame energie wordt dan ook toegejuicht. Met name in Groningen en Friesland zijn energiecoöperaties populair. Rekening houdend met het aantal inwoners, zijn in Groningen en Friesland relatief veel energiecoöperaties te vinden. In Groningen zijn er dit jaar elf en in Friesland zes nieuwe coöperaties bijgekomen. Het succes in het noorden is toe te schrijven aan de ondersteuning van de koepelcoöperaties, de samenwerking met regionale partners en steun van de. provincies. Ook in Gelderland is veel gebruik gemaakt van een investeringssubsidie van de provincie.
CO2-vrije kilowatturen
Zuid-Holland en Zeeland doen het wat betreft de productie van CO2-vrije kilowatturen veruit het best door hun grote capaciteit in wind, resp. 40,4 MW en 30,6 MW. Veel initiatiefnemers richten zich nu vooral op zonnepanelen op grote daken of zonneweides, maar 1 MW opgesteld windvermogen levert per jaar twee tot drie keer zoveel op als 1 MW aan pv-panelen. Eén 3 MW-windturbine levert per jaar net zo veel stroom als 30.000 zonnepanelen, dat zijn acht voetbalvelden vol panelen. Dat lijkt mij een goede reden voor energiecoöperaties om zich te concentreren op wind.