Meer omzet in lekdetectie koelmiddelen

De frequentie van de lekcontroles wordt sinds enkele jaren niet meer uitgevoerd op basis van de koudemiddelinhoud van de installatie in kilogrammen maar op basis van de inhoud in CO2- equivalenten. Die zijn voor elk koudemiddel anders. Na het verplichtstellen van automatische lekdetectie in grotere installaties is de verkoop aantal sensors voor detectieapparatuur aanmerkelijk toegenomen.

Het is beslist geen overdreven maatregel om te controleren op lekkage van koelmiddel. Volgens cijfers van branchevereniging NVKL lekken koelinstallaties jaarlijks gemiddeld 7 procent. Hierdoor neemt de kans op uitval toe. Regelmatig onderhoud is in veel gevallen verplicht en voorkomt hoge reparatiekosten en zorgt tevens voor een langere levensduur van de installatie.

Voor installaties met een koudemiddelinhoud  van 5 tot 50 ton CO2– equivalent geldt dat er elke twaalf maanden een lekcontrole moet plaatsvinden. Voor installaties van 50 tot 500 ton is dat eens per halfjaar en alle grotere installaties moeten ook elk half jaar worden gecontroleerd maar moeten daarnaast automatische lekdetectie hebben. 

Serieuze handhaving 

Twee jaar na de verplichting om detectieapparatuur te plaatsen is de vraag naar de apparatuur en sensors opvallend toegenomen. De omgevingsdiensten blijken serieus te handhaven en een groothandel als Coolmark merkt dat duidelijk in de omzetcijfers. ‘Zaak is wel dat de controle ook serieus plaatsvindt,’ vertelt Pavle Utjesinovic van Coolmark. ‘De beheerder of eigenaar van de koelinstallatie behoort ten minste eenmaal per jaar het detectiesysteem op meetnauwkeurigheid en alarmniveau te laten controleren. Maar in een hotel bijvoorbeeld waar in elke kamer een sensor zit adviseren wij echter elke maand even langs de units te lopen, een beetje gas laten ontsnappen uit je aansteker om te kijken of de sensoren nog functioneren. En natuurlijk alles vastleggen in een logboek.’

In een machinekamer zit vaak maar één sensor en is het risico ook veel kleiner. Daar kan worden volstaan met de wettelijk verplichte inspectie-interval, vindt Pavle. ‘Maar sensoren hebben nu eenmaal ook niet het eeuwige leven. Het is zeker aan te bevelen de sensoren elke vijf jaar te vervangen. We leveren er een certificaat bij en dan kan de beheerder erop vertrouwen dat alles weer in orde is.’

Danfoss 

Coolmark levert onder andere de Danfoss DGS-serie waarmee een breed scala aan koudemiddelen kan worden gedetecteerd. Er wordt semiconductor technologie gebruikt in de DGS-SC sensoren en infrarood in de DGS-IR sensoren. Voor de traditionele halogene koudemiddelen worden DGS-SC sensoren toegepast en voor CO2 de DGS-IR sensoren.

DGS sensors kunnen worden toegepast in situaties waar een continue bewaking en/of monitoring vereist is. De status LED’s geven aan of er een normale gebruikssituatie is, er een alarm is of dat er sprake is van een storing.

De sensoren zijn voorzien van een analoge uitgang die door middel van jumpers ingesteld kan worden. ‘Voor het signaleren van een alarmgrens kan ook het ingebouwde relais gebruikt worden. Het schakelpunt kan versteld worden en staat standaard op 50 procent van het meetbereik van de sensor. Zo is het is mogelijk een vertraging van 0, 1, 5 of 10 minuten voor het relais in te stellen om valse alarmen te vermijden.’

Gerelateerde artikelen