Grootschalige inzet van hybride warmtepomp maakt weg vrij voor versnelde ontkoppeling van aardgas

Erik op 23 januari 2018 | 3 minuten leestijd
Door de hybride warmtepomp grootschalig in te zetten kan de aardgasvraag in bestaande woningen en gebouwen voordelig en snel worden gereduceerd van 15 miljard kuub nu naar mogelijk 1 miljard kuub in 2035. Dit blijkt uit onderzoek van consultancybureau Berenschot. De plaatsing van de hybride toestellen gaat weliswaar gepaard met een stevige elektrificatie, stellen de rapporteurs, maar die is wel beheersbaar. Pieken in de elektriciteitsvraag kunnen worden voorkomen.

Voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving heeft Berenschot vier groeipaden die onderling verschillen wat betreft warmtepomptechnologie en snelheid waarmee de systemen gerealiseerd kunnen worden. Uit de doorrekening blijkt dat met zowel all-electric als hybride warmtepompen in 2050 de CO2-uitstoot omlaag kan met meer dan 95 procent. Door de hybride oplossing kan de aardgasvraag versneld worden gereduceerd van 15 miljard kuub nu naar mogelijk 1 miljard kuub aardgas in 2035 plus inzet 3 miljard duurzaam groen gas. Dit kan door vanaf nu geen gas-cv-ketels meer te plaatsen of te vervangen, maar overal in bestaande woningen een hybride warmtepomp te plaatsen. Ondanks het feit dat een hybride systeem nog een klein gasverbruik heeft, is de reductie van het Nederlandse gasverbruik toch heel groot vanwege de grote aantallen en de relatief lage kosten. De  nog resterende gasbehoefte kan volgens Beerenschot grotendeels met groen gas worden opgelost.

Piekmomenten

Hybride warmtepompen gebruiken vooral elektriciteit en op piekmomenten ook gas. Ze belasten het elektriciteitsnet minder dan all-electric warmtepompen. Beerenschot rekende voor een CO2-neutrale gebouwde omgeving in 2050 vier visies door, die verschillen in warmtepompkeuze, groeipad en penetratiesnelheid. In alle visies blijft de isolatiegraad en penetratie van warmtenetten gelijk, en ook is er in alle visies geen gasnet in de nieuwbouw met all-electric warmtepompen. De visies verschillen alleen in de bestaande bouw.

Vier visies

Berenschot rekende de vier visies door met het Energietransitiemodel:

•  Visie 1 All-electric, lineair. In dit scenario worden tot 2050 jaarlijks circa 220.000 all-electric warmtepompen geïnstalleerd.

• Visie 2 is de Hybride mix waarbij hybride warmtepompen (ca 160.000 per jaar) tot 2035 worden geïnstalleerd en daarna alleen nog all-electric warmtepompen.

• Visie 3 All-electric ingroei. Dit scenario kenmerkt zich door een lage opstartsnelheid met versnelling door schaalvoordeel naar 2050 toe.

• Visie 4 Hybride in plaats van hr-ketels. Hierbij worden geen losse hr-ketels meer geplaatst, alleen in combinatie met een warmtepomp. Vanaf 2035 wordt er alleen nog maar all-electric bijgeplaatst en wordt een deel van de reeds geïnstalleerde hybride warmtepompen opgevolgd door all-electric.

Reductie gasverbruik

Uit de doorrekening door Berenschot blijkt dat met zowel all-electric als hybride warmtepompen in 2050 de CO2-uitstoot omlaag kan met meer dan 95 procent. Ondanks het feit dat een hybride nog een klein gasverbruik heeft, is de reductie van het Nederlandse gasverbruik toch heel groot vanwege de grote aantallen en de relatief lage kosten. Het nog resterende verbruik kan grotendeels met groen gas worden voorzien. Dit komt neer op een inzet van 3 miljard m3 groen gas.

Gerelateerde artikelen