De bedenker van de C2C-filosofie, Michael Braungart, was eind januari in Nederland om terug te blikken op de afgelopen tien jaar. Hij is gematigd positief over de stand van zaken en gaf de toehoorders vooral mee om C2C als totaalplaatje in de missie/visie van een bedrijf op te nemen, en het niet incidenteel op projectniveau op te pakken. Volgens Braungart is C2C overal toepasbaar; dus ook in de elektrotechniek.
Ambitie 2020
Een mooi voorbeeld daarvan komt van Ko Hartog Elektrotechniek. Het bedrijf is allround installateur op het gebied van infrastructurele elektrotechniek en legt openbare verlichting en verkeersregelinstallaties aan. Dat gaat meestal in opdracht van gemeenten, provincies, Rijkswaterstaat, civiele aannemers en aanverwante partijen. Hartog heeft op Goeree-Overflakkee Cradle to Cradle lichtmasten geplaatst. Dat gebeurde in het kader van de ambitie van de gemeente om in 2020 energieneutraal te zijn. Voor elke lichtmast in de gemeente komt op termijn een C2C-exemplaar in de plaats. De lichtmasten bestaan uit recyclebaar aluminium en gaan zo’n 60 jaar mee. Ze zijn uitgerust met ledverlichting; energiezuinig, maar ook goed voor een afname van de lichtvervuiling.
Duurzame, recyclebare materialen
Als het aan Harm Vredenburg van Vredenburg Installatietechniek in Steenwijk ligt, is alles Cradle to Cradle. “Het is een onderdeel van een veel groter plaatje. Het gaat erom dat je duurzame, recyclebare materialen gebruikt. Soms moet je er iets meer moeite doen, maar ze zijn echt wel voorhanden. Als je het principe van Cradle to Cradle als uitgangspunt neemt in het bouw- en installatieproces, dan moet je streven naar gesloten kringlopen van water, materialen en energie. Verder zijn zon en wind prachtige energiebronnen, dus benut die optimaal. Veel bedrijven prediken duurzaamheid, maar in de praktijk stelt het nog niet veel voor. Ik zeg: tijd voor actie! Geen woorden maar daden.”
De hamvraag is natuurlijk: hoe komen we van woorden naar daden? Ligt de sleutel bij de overheid? Is er een rol weggelegd voor de brancheorganisaties? Of moet elk bedrijf zijn eigen koers varen?