Binnen het netwerk Stroomversnelling hebben corporaties en bouwers al langer ervaring met NOM-renovaties. Daarbij maakten zij gebruik van een door Stroomversnelling ontwikkelde modelovereenkomst. De Afnameovereenkomst is hierop gebaseerd. De juristen van Aedes en Bouwend Nederland hebben artikelen verscherpt en verduidelijkt zodat alle corporaties en bouwers met NOM-renovaties aan de slag kunnen.
‘De Afnameovereenkomst is op het goede moment klaar’, zegt een tevreden Jur Deckers, bedrijfsjurist bij corporatie Accolade en medeauteur. ‘Door de ontwikkelingen rond het Klimaatakkoord en de plannen voor het aardgasvrij-maken van Nederland zijn NOM-renovaties nu nog belangrijker. Deze overeenkomst is een steuntje in de rug voor middelgrote en kleinere corporaties om hiermee aan de slag te gaan.’
Gezamenlijk initiatief
‘Bijzonder is dat deze overeenkomst een gezamenlijk initiatief is van Aedes, Bouwend Nederland en Stroomversnelling,’ zegt Deckers. ‘Bouwers en corporaties kunnen er op vertrouwen dat dit een door alle partijen gedragen document is. Dat scheelt overleg en dus tijd en geld in de uitvoering.’ Ook Dick van Werven, senior-jurist bij Bouwend Nederland, benadrukt het belang van deze consensus. ‘De NOM-renovatie is een enorme potentiele opgave voor bouwers en corporaties. Daarom is deze gezamenlijk opgestelde overeenkomst een belangrijk instrument.’
Verantwoordelijkheid bij de bouwer
‘Een NOM-renovatie zorgt ervoor dat een woning nog maar heel weinig energie vraagt’, legt Serena Scholte, relatiemanager van Stroomversnelling uit. ‘Dat vraagt om veel maatregelen, zoals isolatie en het aanbrengen van verschillende warmte-installaties die energie opwekken. De bouwer is niet alleen verantwoordelijk voor deze energieprestatie van de woning, maar ook voor het beheer en onderhoud na de renovatie. En dat betekent een heel andere verhouding tussen bouwer en corporatie.’
De Afnameovereenkomst is bedoeld voor corporaties en bouwers die een vergaande prestatiegarantie met elkaar willen afspreken en de verantwoordelijkheid voor het ontwerp van het product bij de bouwer willen onderbrengen. Dat betekent dat beide partijen zich ervan moeten verzekeren dat ze dit aankunnen, benadrukken Jur Deckers en Dick van Werven.
Lagere prijzen renovaties
Ondanks de maatschappelijke urgentie geldt voor NOM-renovaties dus wel “bezint eer ge begint”, zeggen Deckers en Van Werven. De corporatie moet zeker weten dat een complex ervoor geschikt is en de bouwer moet weten dat hij de verantwoordelijkheden kan dragen. ‘Dat gaat niet alleen over de benodigde technische kennis en ervaring voor de renovatie zelf’, zegt Van Werven. ‘De bouwer neemt ook de verantwoordelijkheid op zich om voor een afgesproken periode het beheer en onderhoud uit te voeren. Kan hij daar in financiële en technische zin voor instaan? Die vragen moet de bouwer serieus beantwoorden. Hij moet de verlangde prestaties realistisch calculeren.’ Als je weet waar je het over hebt voordat je aan een NOM-renovatie start, is deze Afnameovereenkomst een bruikbaar en uniform instrument, concluderen de gesprekspartners. ‘Het maken van dit soort afspraken zorgt voor prikkels waardoor de bouw nieuwe producten gaat ontwikkelen’, zegt Serena Scholte. ‘Uiteindelijk moet dat leiden tot een continue stroom aan opdrachten en dat kan zorgen voor lagere prijzen van dit soort renovaties.’
De Afnameovereenkomst is het hoofddocument en omschrijft de kernafspraken tussen de verhuurder en de bouwer over de uit te voeren NOM-renovatie en de daarop volgende periode waarin de bouwer volgens afspraak ook het beheer en onderhoud uitvoert. Het is geen kant-en-klaar contract: vooral over het onderhoud, de bewoning en monitoring van de energieprestatie van de woning moeten de partijen zelf nadere afspraken maken. Naast deze overeenkomst zijn ook de Algemene Inkoopvoorwaarden en de Begrippenlijst vernieuwd.