Over de knelpunten van personeelsbeleid in de installatietechniek wordt al jaren gesproken: er is sprake van vergrijzing en er stromen te weinig jonge vakkrachten in. De OTIB (Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch InstallatieBedrijf) heeft onlangs een en ander op een rij gezet in een interessante publicatie: ‘Trends en ontwikkelingen in de technische installatiebranche 2014; bedrijvigheid, arbeidsmarkt en beroepsopleiding in de periode tot 2018.’
Recessie speelt grote rol
De crisis beïnvloedt de arbeidsmarkt enorm. Aan de ene kant moesten veel installatiebedrijf personeel ontslaan. Wie zijn baan verloor, kon niet zomaar bij een ander bedrijf terecht. Veel mensen hebben zich laten omscholen en gingen iets heel anders doen. Hun kennis en kunde gingen voor de branche verloren.
Aan de andere kant zijn werknemers uit zichzelf minder geneigd om naar ander werk om te kijken. ‘Blijf zitten waar je zit’ hoor je in mindere tijden vaak. Dat maakt dat de doorstroom stagneert.
De zorgen van de crisis werken door richting onderwijs; veel minder bedrijven bieden stage- of leerwerkplekken aan. Dat schrikt sommige jongeren direct af en zet degenen die wel voor een technische opleiding kiezen meteen op achterstand.
Nieuwe markten
Gelukkig zijn er ook veel bedrijven die kansen zien in het feit dat er op het moment wat minder werk is. Zij richten zich op nieuwe markten en hopen zo ander en nieuw werk te genereren. Minder werk betekent meer tijd en ruimte om nieuwe markten te onderzoeken en om werknemers opleidingen en cursussen te laten volgen, vaak ook in de richting van een nieuwe markt. Duurzaamheid en domotica zijn mooie voorbeelden.
Toekomst
Als de economie zich weer gaat herstellen, bestaat de kans dat er een grote doorstroom op gang komt. Mensen durven het dan weer aan om van baan te veranderen. Voor installatiebedrijven is het heel belangrijk om zittend personeel vast te houden. Maar hoe houd je je personeel binnenboord? Eigenlijk is er maar één antwoord, en dat is: zorg dat mensen tevreden zijn. Doe daar moeite voor en investeer tijd en aandacht voor nieuwe vormen van personeelsbeleid!
Liever parttime
Een voorbeeld: De installatiebranche is een traditionele branche. Er werken voornamelijk mannen, en zij hebben over het algemeen een fulltime dienstverband. Maar de samenleving is veranderd, en daarmee de arbeidsmarkt. Uit onderzoek is bijvoorbeeld gebleken dat maar liefst een kwart van alle mannen in de sector (dat zijn er dus 30.000!) liever parttime zou werken! Tussen de 25 en 32 uur, geven ze aan, zodat ze werk en bijvoorbeeld zorgtaken kunnen combineren. Het feit dat parttime werken in de sector nu nog not done is, maakt dat jonge mannen er minder snel voor kiezen. En dat mannen die al in de installatiebranche werken en kinderen krijgen, om gaan zien naar een werkomgeving waar ze wel wat minder kunnen werken. Jammer, maar eigenlijk heel eenvoudig op te lossen.