Wind: 19% meer coöperatief windvermogen
Er is in totaal 229,9 MW coöperatief windvermogen geplaatst in Nederland. Dit is een toename van 37,1 MW ten opzichte van 2019. Deze windturbines leveren ongeveer 735 miljoen kWh per jaar op, vergelijkbaar met het elektriciteitsverbruik van 245.000 huishoudens. Er is nog minstens 92,5 MW nieuw windvermogen in aanbouw, waardoor het totaal geplaatste coöperatieve windvermogen oploopt tot 322 MW tussen 2021-2022. Daarnaast staat 65 MW wind op land zo goed als klaar voor de bouw.
Warmte: 43% meer initiatieven
In 2020 is het aantal initiatieven met concrete plannen en projecten voor een collectieve warmtevoorziening of collectief opdrachtgeverschap toegenomen tot minstens 77, dus 23 meer dan in 2019. Verreweg de meeste projecten zijn in de onderzoeksfase. Van deze initiatieven richt de overgrote meerderheid zich op de kansen voor een lokaal warmtenet. Veel aandacht gaat uit naar aquathermie uit oppervlaktewater, riool- en afvalwater of drinkwater.
Gijs Termeer, directeur bij klimaatstichting HIER: “De groeiende impact van energiecoöperaties (nu en in de komende jaren) bewijst meer dan ooit dat ze een onmisbare schakel vormen in de energietransitie. Niet alleen voor de opwek van duurzame energie, maar ook voor lokale participatie en zeggenschap. De opbrengsten van duurzame energieprojecten blijven in de regio, zodat de lokale omgeving ervan mee profiteert. Het is fantastisch dat inmiddels bijna elke Nederlander mee kan doen met zijn lokale energiecoöperatie. Er zit enorm veel energie in de beweging, dat zagen we ook tijdens ons online Evenement HIER opgewekt in november, dat we samen met Greenchoice organiseerden, waar bijna 800 enthousiaste mensen aan deelnamen.”
In Amsterdam zijn verreweg de meeste zonprojecten op daken te vinden, gerealiseerd door de lokale coöperaties Ecostroom, Zuiderlicht en Amsterdam Energie.
Ontwikkeling naar professionele organisaties
Meer dan om kwantiteit gaat het nu om de kwaliteit van de coöperaties: de doorontwikkeling naar dynamische en effectieve coöperaties met meer eigen projecten, leden en deelnemers. Dat verwachten overheden, markt en samenleving ook van ze. Ze krijgen in toenemende mate een maatschappelijke rol toebedeeld. Dit betekent: meedenken en -beslissen over het regionale en lokale energiebeleid, de invulling van participatie en eigendom van de lokale omgeving. Coöperaties organiseren zich in regionale, provinciale en landelijke samenwerkingsverbanden. De inzet: positie krijgen én waarmaken.
Een energiecoöperatie die hard aan de weg timmert, is Burgerwind coöperatie West-Betuwe (BWB, Betuwewind). In Geldermalsen in Rivierenland zijn in 2019 en 2020 twee windparken in bedrijf genomen; Windpark Deil (46 MW) en Windpark Avri (10 MW) met in totaal veertien windturbines. Burgerwindcoöperatie West-Betuwe is voor respectievelijk 36% en 100% eigenaar van de windparken.
95% van de Nederlanders kan aansluiten
Na zeven jaar snelle groei van het aantal coöperaties lijkt de groei dit jaar af te vlakken. Je vindt ze inmiddels in alle provincies, regio’s en 85% van de gemeenten, waar bij elkaar 95% van de bevolking woont. Er zijn ongeveer 97.000 leden. Energiecoöperaties ontwikkelen daarbij ook projecten voor huurders. Het initiatief Delen Duurzame Energie ontwikkelt bijvoorbeeld zonprojecten voor woningcorporaties, zodat ook sociale huurders kunnen deelnemen aan een coöperatief project.
Siward Zomer, coöperatief directeur bij Energie Samen: “Dat betekent dus dat bijna alle Nederlanders een energiecoöperatie in hun buurt hebben om aan te kunnen sluiten. We zien nu wel enige verzadiging optreden in het aantal nieuwe energiecoöperaties, en bij de reeds bestaande coöperaties een grote professionaliseringslag. We gaan van kwantiteit naar kwaliteit.”